woensdag 16 juli 2014

Zuid Limburg 8 juni 2014-06-09

1e Pinksterdag 2014.
Wie bedenkt zo’n dag om een toertocht te gaan rijden en dan ook nog in Zuid Limburg, terwijl we vorige week ook net een tocht hebben gehad!
Dat zullen een aantal vaste VX800 rijders wellicht hebben gedacht toen ze de aankondiging van de rit op de site zagen staan.
Ja, dat was ook zo, maar die rit was uitgesteld vanwege het weer en om daarom vervolgens het hele schema aan te passen leek ons ook niet aan de orde.
Maar niet getreurd; de toercommissie was volledig aangetreden.
Wim op zijn nieuwste Suzuki, Erik op de BMW, Peter op zijn BMW en Jack op de Honda.
3 man vanuit Apeldoorn, 1 uit Leiden. En ook dat zijn respectabele afstanden kan ik u melden.
De verwachting was dat we prachtig weer zouden hebben, maar met een paar druppeltjes op scherm vertrokken we vanuit Apeldoorn richting het zuiden. Niet helemaal zonder problemen, want na een kilometer of 60 kreeg Wim een F1 foutmelding. Ja, zoek maar uit! Motor opnieuw gestart en melding was weer verdwenen, maar na 60 km was de melding er weer. Nogmaals hetzelfde ritueel, maar ook nu kwam de melding terug. Omdat er verder niets aan de motor te merken was en Wim van dat soort zaken nooit bijzonder ongerust wordt, werd gewoon doorgereden. Zo tegen tien uur kwamen we bij de Mac in Heerlen aan. Erik was er al en Peter kwam ietsjes later en kon zo in de rij voor de koffie aanschuiven waar Erik volgens zeggen al wel een half uur stond te wachten.
Eenmaal aan de koffie werd het toch wel erg donker buiten en de buitenverlichting sprong zelfs aan.  We besloten maar even te wachten! En dat was maar goed ook. Een flinke hoosbui geselde de parasols van het terras. Wat een water in die paar minuten.
Met bijna een uur vertraging stapten we uiteindelijk op de motor.
En dan begint de eeuwige strijd met de GPS. Altijd als je een startlocatie ook als eindlocatie gebruik gaat er soms iets fout en ook nu. Ik besloot als voorrijder bij het eerste de beste benzinepomp maar even bij de mannen te checken en iedereen zei dat we verkeerd zaten. Dus omgekeerd en de route weer op gepakt. En dan rijdt je dus even tegen de route in, maar op de route van de terugreis en daar kon mijn Mientje niet tegen en liep vast. Ik rechtdoor en de mannen achter mij links af. Gelukkig zag ik dat direct en kon ik weer aansluiten en later de kop weer overnemen. Ik had de route immers gemaakt en het is een goeie gewoonte dat je dan ook de route voorrijdt.
Niet dat dat altijd zo plezierig is, want je moet regelmatig de beslissingen nemen en je GPS goed kunnen lezen, maar ook de ploeg achter je in de gaten blijven houden en tegelijkertijd ook nog op het verkeer letten. En ik kan je verzekeren, dat het bij deze temperaturen soms erg vermoeiend is, vooral als je net herstellende bent van een vervelende spit.
De route voerde ons langs Kasteel Hoensbroek. Een prachtig onderhouden kasteel uit de Middeleeuwen. Er was van allerlei activiteit in het kasteel, maar we hadden afgesproken dat we vanwege de al verloren tijd het kasteel maar rechts zouden laten liggen. Op naar Valkenburg!
Nou was het zo dat ik de route had gebruikt die ooit in de Motorplus als Roadtrip had gestaan en ik het nodig had gevonden om de route een beetje aan te passen. De omschrijving van de Roadtriproute noemde de route “weg van de drukte van het toerisme”. Maar ja, eigenwijs als ik ben moest ik natuurlijk weer het een en ander aanpassen. Dwars door Valkenburg, want ik wilde over de Couberg! Natuurlijk! Het ene stoplicht na het andere op rood en dan ook nog even wachten voor de trein. En wat is dan precies de Couberg? Een pukkeltje! (op de motor dan)
En dan weer die plaatsnamen; ik ben er gek op: Berg en Terblijt, St. Antoniusbank, Cadier en Keer, met daartussen in een heuse haarspeldbocht.
Ik had in de route de Amerikaanse oorlogsbegraafplaats in Margraten opgenomen. Ik was daar al twee keer geweest en opnieuw wordt je daar even heel stil en klein van. Zoveel dappere mensen hebben hun leven gelaten om ons in vrede te kunnen laten leven.
Na deze onderbreking moesten we nodig even echt ravitailleren. Nog even doorzetten, want hier wordt de route pas echt leuk. Jammer dat er zoveel blik en andere tweewielers het tempo wat drukken!
Eerst, vlak voor margraten nog even een kleine slip of the mind. Verkeerd de GPS gelezen dus! Maar dat wordt snel weer opgelost en we rijden uiteindelijk Mheer binnen. Hier had de Motorplus een Terrastip afgegeven “In de Smidse”. En ik was heilig overtuigd dat we daar ook daar op het terras hadden gezeten, totdat we een 100 meter verder de eigelijk bedoelde Taverne zagen. Ach het was hier ook prima geweest!
Zoals eerder al zei: als voorrijder moet je overal op voorbereid zijn. Zelfs op loslopende koeien. Stel u voor: we rijden een klein landweggetje in zien het volgende tafereeltje(nooit geweten dat je dat zo schrijft): rechts van de weg een auto in de berm, waarvan de bestuurderster net weer terug naar haar auto kwam lopen; midden op de weg een koe, die blijkbaar net uit een weiland was ontsnapt; daar vlak achter, maar op respectabele afstand de eigenaar; een boer die niet bepaald erg makkelijk liep. De koe nam zijn tijd en liep keurig de ingang naar het weiland voorbij. Boer niet erg blij, maar schikte zich in zijn lot. Koe loopt keurig 100 meter verder naar de boerderij waar veel vers hooi lonkte. Wij weer verder.
Over mooie wegen door Slenaken en Epen. Prachtige bochten, maar ja; blik op de weg hé. Dus gewoon aansluiten in de file. Niet altijd hoor! Want er waren ook prachtige stukken weg bij waar je geen kip tegen kwam en het gas er even op kon. Nou ja. 60 km/u toch? Soms wel!
Omdat ik ook nog nodig had gevonden het Drielandenpunt in Vaals in de route onder te brengen kwamen we zelfs heel even in België. Wat een slechte wegen hebben ze daar! Ha, ha. Wel 200 meter België.
Drielandenpunt! Oh ja? Eh. Wel gezien, maar plek om te stoppen was er niet. Kolere, wat was het daar druk. Voor de enige tent waar iets te koop was stonden wel 50 man in de rij.
Wel jammer, een fotootje van ons vieren op het echte drielandenpunt had wel even gemoeten! Maar ja. Zoals ik al eerder zei: als voorrijder moet je soms beslissingen nemen en ik besloot maar door te rijden. Er zou echt nog wel ergens een ijsco tent op de route zijn. Gelukkig wel. Al moesten wel even de motoren van de stoep halen. Stel je voor dat er een wandelaar niet langs kan. Ze waren daar niet zo tolerant, zei de eigenaar! Ok. Motoren op de parkeerplaats en wij aan het ijs. Hierna nog een half uurtje sturen en even goedkoop tanken en we konden weer naar huis.
Een mooie route waarvan Wim zei dat deze voor herhaling vatbaar was. Maar dan wel op een doordeweekse dag, mag ik hopen.
140 km met een bewogen gemiddelde van 41 km/u is wel een diepte record.

Jack


22 juni 2014 
Naar Tsjechië.
's morgens weg om 07:00 uur. Wim is wat later, want moest twee keer terug omdat hij eerst zijn hesje en later zijn telefoon moest ophalen. Maar het zonnetje scheen dus het
 maakt allemaal niets uit. We gaan lekker een paar dagen sturen in Tsjechië.
Nadeel is dat je een relatief grote afstand moet overbruggen voordat het leuk wordt.
650 km snelweg is redelijk slaapverwekkend, dus hadden we besloten om een stukje door de Harz binnendoor te rijden. Dat was maar goed ook want die snelweg er naar toe was van dezelfde kwaliteit als de eerste kilometers in Duitsland over de A.35 . Bonke, bonke, bonke, bonke. En dat stuitert zo lekker door op de motor. Maar eerst nog even plassen. Eerst €0,70 opzoeken natuurlijk. Nog een bakje koffie met een eierkoek en dan de Harz in. Dachten we; afslag dicht. Shit, dan maar een afslag verder. Nog even bonke, bonke en toen werd het pas leuk. Lekkere bochtjes, mooi asfalt en dan een Mercedes rijder die niet wilde meewerken. Ook nog even lekker goedkoop tanken. €1,589 in een klein plaatsje en helaas  dan al snel weer de snelweg op. Nog 250km. Even een pauze nemen om een hapje te eten en dan het laatste stuk.
Ik heb behoorlijk last van een “na de middag dip” en heb moeite om waker te blijven. Zelfs bij 130 km/uur. Ik praat maar wat met Wim via de Intercom, alhoewel ik hem door de snelheid bijna niet kan verstaan. Maar uiteindelijk arriveren we zo rond half vier bij de Fliegerhorst in Dresden. Fliegerhorst dus. Ja, Fliegen als van vliegtuigen. Om het kwartier een startende Boeiing oid. Maar gelukkig houden ze om negen uur op. Ook de trams die om het kwartier voor de deur stoppen blijken niet van invloed.
Na de schnitzel van wel dertig centimeter kunnen we geen pap meer zeggen. Heerlijk.
We gaan nog even wandelen om die calorieën weg te werken en komen op de meest verrassende plekjes. Zo maar een leuk parkje en een tentoonstellingscentrum met kunst. Wij zijn natuurlijk geen kunstliefhebbers en lieten dat links liggen.
’s Avonds nog even dit verhaaltje opschrijven en dan slapie doen.

Maandag
Na een goeie nacht zonder opstijgende vliegtuigen en rijdende trams, gaan we om acht uur aan het ontbijt.
Gewoon een prima Duits ontbijt met alles er op en eraan.
Toch onverwacht veel gasten in de eetzaal. Niet vernomen ’s avonds. Het voordeel van een normaal hotel waar iedereen zich aan de normen en waardes houdt.
Tijd om af te rekenen en op te stappen.
Over mooie wegen in een afwisselend landschap rijden we in twee uurtjes naar Terezin; het vroegere Therezienstadt. Op het parkeerterrein, waar we de motoren hadden geplaatst, werden we door de plaatselijke parkeerwachteres aangesproken. Ze had natuurlijk gezien dat wij langs de slagboom waren gereden en dus eigenlijk niet van plan waren te betalen. Hollanders toch? We mochten op één plek blijven staan en hoefden dan ook  maar voor één te betalen. €2,80(70kr) En ze wilde ook mijn helm nog wel even bewaren. Geweldig. Wat een behulpzaamheid.



Lopend langs de duizenden graven besef je wat zich hier heeft afgespeeld.
De weerzin en waanzin ten top.  Vlak voor de bevrijding nog even duizenden mensen omgebracht.
Eenmaal binnen lopen we de eerste beste gang in op het terrein waar zich kleine kamertjes bevinden. Isoleercellen? Ook is hier een tentoonstelling ingericht en krijg je een idee wat dit voor kamp was.
Een Concentratiekamp. Oorspronkelijk gebouwd als vesting in 1780, maar als zodanig nooit gebruikt. Wel waren er destijds 5600 soldaten gelegerd.  In de eerste Wereldoorlog werd de Kleine Vesting gebruikt als krijgsgevangenenkamp, waar zelfs de moordenaar van Frans Ferdinand tot 1916 werd opgesloten. In de tweede wereldoorlog gebruikten de Nazi’s Theresienstadt zelf, zijnde de grote Vesting, als concentratiekamp en doorgangskamp voor gedeporteerde Joden, terwijl het Kleine Fort als gevangenis door de Gestapo in gebruik werd genomen.  
En wie komen we daar tegen. Henk, de vader van een vriend van Ronald, en zijn vrouw. Henk is ook de organisator van de motards van de Ronde van Gelderland.
Als of deze plaats nog niet genoeg ellende had voortgebracht, waren we ook nog getuige van een ongeval van een bouwvakker die van een stelling viel. De trauma helikopter kwam zelfs ter plaatse.
Na een dikke twee uur zijn we de ellende maar ontvlucht en weer gaan rijden. Het was inmiddels lekker warm geworden en op de motor koelden we tenminste weer wat af.
 Slechte wegen, goeie wegen, ze wisselden elkaar af. Slechte wegen waren ook echt slechte wegen. Grote gaten, overlangse ribbels. Voorzichtig aan dus maar. Als dit maar geen voorteken is
Zo rond kwart over vijf reden we de parkeerplaats op van hotel Golden. Een wat nors ogende receptioniste begroete ons. We konden gelijk betalen en werden in de apart staande villa geplaatst. Geweldig. De motoren mochten zelfs in de hal onder trap.
Na een lekkere douche iedereen thuis op de hoogte gebracht van onze aankomst, en dan op zoek naar een eettent. Op advies van Lieuwe moesten we eens kijken naar Pension 7, of naar een pizzatent. Het werd Pension 7. Lekkere rundergoulash met semmelknodeln. De goulash smaakte prima, maar was niet wat wij er van verwachtten. Beetje dun en alleen met vlees, zonder toevoegingen. Nu kon dat ook niet voor die 5 euro hadden we al bedacht. Wisten wij veel dat je ook nog voor een schamele 35 kronen allerlei toevoegingen had kunnen bijbestellen. Maar we hadden het buikje weer vol en Nederland had net met 2-0 van Chili gewonnen. Nog een kleine wandeling terug naar de Villa en dan maar eens kijken hoe we de avond verder doorbrengen.

Dinsdag
Na een prima nacht, in het hotel bij Frans, de klusjesman, een goed ontbijt gehad. De kelnerin had zich in de vinger gesneden en we moesten het maar met hem doen. Helaas geen echte koffie, maar Nescafé. Verder was alles, tot op knakworst en roerei toe, aanwezig.
De route van vandaag gaat naar het Rotspark . Helaas waren de wegen er naar toe niet van de beste soort, om in het begin maar te zwijgen van de talloze wegwerkzaamheden met verkeerslichten. Natuurlijk hadden we die bijna allemaal tegen zodat we vier en halve kilometer hadden gereden en al meer dan een half uur onderweg waren. Hier had Lieuwe al voor gewaarschuwd. Ze zijn hier al jaren met dezelfde wegkant bezig.
Dan waren er natuurlijk ook nog de zo noodzakelijke afgesloten stukken wegen zodat je je weg maar weer moest vinden, maar dat lukte zonder veel problemen, behalve toen we in Trutnov, waar de heen en terugweg zich kruisten, in plaats van rechts, links gingen en zo tegen de richting in reden. En daar kan het GPS niet tegen. Maar ook hier hebben we met ons gezond verstand weer een oplossing voor gevonden. Eenmaal bij het Rotspark aangekomen kregen we een echte motorparkeerplaats toegewezen. Dat zie je helaas nog te weinig.
Eenmaal in het Rotspark word je omgeven door meters hoge rotsen die zo uit de hemel lijken te zijn gevallen. Geen berg in de omgeving, maar wel zo maar een hoop stenen. Drie uur hebben we daar rondgelopen en geklommen. Niet misselijk voor een stel motorrijders in vol ornaat.Ik was na afloop dan ook behoorlijk nat van het zweet. De trui kon zo in de was.
Toen we van de parkeerplaats wegreden, waar overigens een identieke CBF1000 in dezelfde kleur van een Zweedse motorrijder stond, werd ons gevraagd nog wel even te betalen. Viel dat even tegen! Ach, dubbeltjes werk. Omgerekend nog geen een euro vijftig.
Maar wat minder was; de rechterbout van mijn bagagerek was er door de slechte wegen uit gehobbeld. Niet onmiddellijk ernstig, maar er moest wel een nieuwe bout in.
Gelukkig vonden we onderweg een vriendelijke Yamahadealer die er snel een nieuwe bout en opvulbus in wist te draaien. En gratis dus. Wat een gedienstigheid!
De terugweg was een grote tegenstelling met de heenweg; mooie wegen, lekkere bochten, beetje snelheid maken. Was ook wel nodig, want het werd al met al wel al lekker laat. Tegen zeven uur kwamen we in de Villa. Lekker douchen, trui uitwassen en in het stookhok hangen te drogen. Daarna lekker gegeten in de plaatselijke Pizzeria. Heerlijke pizza voor vijf euro. Nog even een wandeling om een eventuele alternatief voor morgen, als er slecht weer wordt voorspeld te zoeken. Glasblazerij plus museum.
We wachten af.

Woensdag
De verwachting voor het weer was dat het 's morgens tot een uur of 11 wel droog zou blijven, dus waagden ons na een vorstelijk ontbijt met heerlijke gebaken eieren, richting het Frydlant kasteel. Lag eigenlijk maar een kilometer of dertig van Harrachov dus moesten we wel kunnen halen. Dat ging ook wel, ware het niet dat er weer eens een complete weg was afgesloten en wij dus via een andere route bij Frydlant moesten zien te komen. Nu zijn wij daar aardig bedreven in, dus wij een eigen omleiding gemaakt. Nee, niet de door weg beheerder aangewezen omleiding volgen. Nee, zelf zoeken.
En dus vervolgens weer voor het afgesloten stuk komen te staan. Dan maar terug en de echte omleidingroute gevolgd en dat was een leuke weg met voor de afwisseling, goed asfalt. Eenmaal in Frydlant zaten we dus weer op de oorspronkelijke route en Wim tufte vrolijk door en dacht niet meer aan het kasteel. Dus even samen in conclaaf en toch maar even naar het kasteel gereden. We mochten de motoren onder het afdak zetten bij de kassadame en hoefden niet eens te betalen. Vriendelijke mensen die Tsjechen.

Het kasteel was wel erg groot en kon alleen betreden worden door 210 kronen te betalen en te wachten op de gids. Wij besloten daar niet op te wachten, want wij wilden nog naar het glasmuseum in Harrachov die om drie uur dicht ging. Dus een paar foto's gemaakt van de buitenkant en weer op pad. Maar al na de eerste meters vielen de eerste druppels en na een paar minuten regende het serieus. We reden een rotonde voorbij die naar Liberec verwees, maar Wim besloot door te rijden en zo reden we een bos in waar bij de ingang een Policie auto stond. Even later zien we een verlaten grensstation. Verrek, we rijden zo Polen binnen! Wim besloot eerst maar even de bui af te wachten en ik trok voor de zekerheid maar mijn regenbroek aan. Dit alles onder het toeziend oog van twee giebelende meisjes die vanuit een raam van het voormalig grensgebouw ons zaten te bekijken. Nog even de gele bril opgepoetst om hem niet te laten beslaan en we besloten om te keren om de weg naar Liberec te nemen en de snelste route naar de Villa.
Maar terwijl Wim gas gaf bleek ik helemaal niets meer te kunnen zien door de beslagen bril en moest ik noodgedwongen stoppen. Op dat moment werkte de intercom niet omdat de GPS weer zonodig iets moest roepen en Wim reed dus gewoon door. Gelukkig zag hij me niet meer in de spiegels en keerde hij snel weer om. Ik had mijn bril intussen af en in de koffer en we konden weer verder. Het regende nog steeds en we namen de snelste route naar huis. Even twijfelde ik aan de juistheid van de GPS toen we almaar zuidelijker bleven rijden terwijl Harrachov toch helemaal in het noorden ligt. Maar Wim tufte vrolijk door en ik schikte me. Het werd langzamerhand weer droger en het tempo kon gelukkig weer omhoog. Hele stukken waar geen druppel was gevallen! Lekker.
Mooie wegen, lekker tempo en om kwart voor twee konden we de motoren weer onder de trap rijden. Snel omkleden en lopend naar de Glasfabriek.
Om drie uur was er weer een rondleiding en we konden eerst nog het museum in. Onwaarschijnlijk mooie stukken van glas stonden daar tentoongesteld uit 300 jaar glasfabriek. Maar wel verboden te fotograferen!
Ook nog even een ruimte waar men wat van de ski-geschiedenis van Harrachov toonde.
Daarna de rondleiding. De groep bestond uit een aantal Tsjechen en 2 Duitsers en wij en de vrouwelijke gids vertelde eerst in Tsjechisch haar verhaal en daarna in het Duits. In 4 groepen van 5 personen stonden daar de glasblazers productie te draaien. Wijnglazen in dit geval. De een haalt het glas uit de oven aan een blaasstok en blaast daar een bolletje van, de tweede doet het hete glas in een mal en blaast het eigelijke glas en geeft de stok aan een zittende man die vervolgens van de tweede man een kleine bolletje op het glas krijgt gedrukt en maakt daar het steeltje van en geeft het aan een vierde die het aan een andere zittende man geeft die er vervolgens een voetje onder plakt en het weer terug geeft aan de vierde die het glas, nog steeds aan de steel, aan een transportrail hangt die bij een dame terecht komt die het glas van de steel breekt en het in een koeling zet. De steel gaat met kerende rail weer terug.
Daarna gingen we naar de slijperij. Hier worden allerlei vorm geslepen in bestaande glazen producten. De stenen die hier worden gebruikt werden aan gedreven door een waterturbine die ook wel 25 kwu kon opbrengen.
Hierna konden we in het restaurant nog een drankje nuttigen, zat allemaal bij de prijs in, en zijn we nog even in de winkel geweest.
Toen we daar waren werd het weer zo slecht, dat we besloten nog maar wat te drinken en te eten om de zo de bui af te wachten. In het restaurant waren ook nog twee brouwketels te zien, die werden gebruikt om Novosad bier te brouwen. Het hefebier krijgen de blazers te drinken om zo de dorst te lessen en het schijnt de nodige mineralen te bevatten.
Een eigen tap in de werkplaats. Op mijn werk zouden ze wel jaloers zijn!
De bui was gelukkig wat minder geworden en na nog even bij de springschansen te zijn geweest zijn we maar weer naar de Villa gelopen.
Een uurtje later weer terug naar het dorp om weer in Restaurant Pension 7 heerlijk te eten.

Donderdag
We besluiten vandaag het rondje “zomaar” te doen. Deze route had Wim zomaar even in elkaar gesleuteld. Ikzelf had daar nog iets aan veranderd om niet te veel overlapping te krijgen met andere routes.
Zo rond 09:20 uur zaten we op de motor en reed ik op kop. We verdelen dat altijd eerlijk; de ene dag Wim en de andere dag ik.
Eerst even tanken bij ons favoriete tankstation in de buurt. Was dit keer beetje druk en men leek geen haast te hebben. Ach wij ook niet! Vakantie toch?
We reden via de N65 naar het noorden en dan kom je vanzelf in Polen. Benieuwd hoe daar de wegen zijn. En dat viel bijzonder mee. Een prachtige route door het Krkonossky Narodni Park. Ja, daar breek je je toch de bek op! Het was helaas nog steeds een beetje vochtig zodat we niet lekker door konden trekken, maar het was zo mooi daar, dat dat ook niet hoefde. Doen we morgen wel, want dan rijden we dit stukje tegengesteld.
In Polen heet hetzelfde nationale park Karkonoski Park Narodowy. Prachtig! Bij Horni Mala Upa rijdt je dan ineens weer in Tsjechië. En of het daar nou aan ligt, maar het is net of de wegen dan weer slechter worden. Inmiddels is het wel duidelijk geworden; als in Tsjechië de wegen meer dan twee cijfers hebben, moet je op je tellen passen. Hotse botsen, boemer de boem, van links naar rechts, waar is het asfalt tussen de gaten? Op een gegeven moment, het was trouwens in Polen, was het asfalt gewoon weg. De bus reed er wel over en ook de lokale coureurs deden net alsof er strak asfalt lag. Mensen kinderen, wat een halve garen.
Ik kreeg van die slechte wegen soms een behoorlijke sik. Maar de eerlijkheid moet wel gezegd worden: vandaag hadden we, op een paar stukjes na, geen klagen. En we hebben wel even 296 km. gereden, waarbij we maar liefst drie keer de grens zijn overgestoken. Soms wist je niet meer of je nu in Tsjechië was of in Polen.
Prachtig temperatuurtje; graadje of 12 tot 15 is heerlijk op de motor. 's Morgens soms iets frisjes, maar over het algemeen prima te doen. Bij een de plaatselijke Pennymarkt even een paar broodjes gescoord en een pakje drinken. We konden nooit een geschikt terras vinden, dus moest het maar even zo. Oh ja, natuurlijk waren er ook weer de allernoodzakelijkste omleidingen, die overigens wel erg goed worden aangegeven. We zijn niet eens verdwaald en dat was jaren geleden wel eens anders. Intussen is onze kennis van de GPS natuurlijk ook wel enorm verbeterd, zodat we die ook veel beter kunnen ”lezen”. Ja, op de motor hebben we vandaag geen bijzondere dingen meegemaakt en zo tegen half vijf waren we weer in de Villa Golden.
Tijd genoeg om nog even naar de Mumlava watervallen (Mumlasvke vodpady) te lopen. Het was immers droog en we zaten ruim in de tijd. Het was maar 1,1 km lopen, maar wel een beetje klimmen natuurlijk.
De Mumlava is de meest waterrijkste rivier in het Reuzengebergte dus die moet je hebben gezien. Hij heeft een val van 10 meter en is best leuk om te hebben gezien. Wim kon zijn lol op en maakte de mooiste foto's. Ik moest natuurlijk even helemaal onderaan de waterval staan voor een mooi plaatje. Op de terugweg van het hoogste punt vallen er enkele druppels en ineens begint het te hagelen. Maar ja, daar wordt je niet nat van. Wel van de wolkbreuk die er op volgde. En zelfs alle bomen in het bos konden ons niet droog houden. Zeiknat kwamen we in de Villa aan. De centrale verwarming op 5 en de kleren en schoenen er boven op en er tegenaan.
Wachten tot het droog wordt. En dan de motorlaarzen en de motorjas maar aan om naar het dorp te lopen, want het normale spul was dus nat.
Lekkere Pizza gegeten bij Restaurace Verde Rosa. Een Hawaï pizza voor Wim en een Parma-ruccola voor mij. Colaatje en een tonic erbij en een espresso en een cappuccino na en dan mag je 441 kr betalen en schaam je je als je het afrond naar 450kr. (€16,20)
's Avonds dit verhaal geschreven en lekker naar muziek geluisterd. De tv is hier toch niet te volgen en voetbal geloven we wel.

Vrijdag
Alweer de laatste dag van ons verblijf in Harrachov.
Vandaag zouden we de “Polen” route rijden. Ook deze route was geleend van het Internet en door ons een beetje aangepast. En wat hebben wij hier een plezier gehad. Vooral het eerste stuk was geweldig fijn om te rijden. Niet alleen omdat de Polen het asfalteren beter onder de knie lijken te hebben dan de Tsjechen, maar zeker om het prachtige glooiende landschap dat ons vergezelde. Er was geen enkele reden om af te stappen, zo lekker ging het allemaal. Ik zal de lezer de prachtige Poolse plaatsnamen besparen die wij allemaal aaneen regen. Alhoewel; wat te denken van Swierado-Zdroj, Mirsk, Lubomierz, Wojciechow, allemaal onuitsprekelijk voor ons Nederlanders.
Rond etenstijd stopten we even om de benen te strekken. Uit nood maar bij een plaatselijke supermarkt, want onderweg zagen we geen enkele plaats waar we even van de weg af konden om van het uitzicht te genieten. Nu was er op het parkeerterrein ook geen uitzicht of het moesten de Poolse meisjes zijn die in modieuze korte rokjes voorbij liepen.
 Helaas hadden we geen Pools geld en moesten we het doen met onze vertrouwde noodrantsoenen; Snelle Jelle's en de laatste pakjes drinken.
Hierna werd het allemaal iets vervelender; lastige weg opbrekingen, die al met al wel een uur oponthoud veroorzaakten en inmiddels was het toch lekker warm geworden en zit je met dat kacheltje tussen de benen lekker te zweten en bij de volgende stop heb ik de trui maar uitgedaan. Wim’s machine was bij zo'n opbreking zo warm geworden dat de restanten olie die zich in de loop van de jaren in en om het blok hadden opgehoopt, nu ernstig begonnen te roken. Niets om je druk over te maken, vond Wim.
In de buurt van de grote steden zoals Jelena Gori, werden de wegen behoorlijk slechter en toen we dat eenmaal achter ons gelaten en we ons weer in het Karkonoski Park Narodowy bevonden, kwamen we achter een zeer traag tegen de berg op rijdende vrachtwagen terecht. Maar dat vond Wim toch wel wat zonde van het prachtige wegdek wat zich aan onze wielen ontrolde, zodat hij bij de eerste beste gelegenheid die zich voordeed het gas er volledig opgooide, dubbele strepen negerend en ons even niets aantrekkend van de plaatselijke snelheidsverordeningen. Een geweldig wegdek dwars door de bossen vol met schitterende bochten, zodat Wim op een gegeven moment zelfs met de laarzen aan de grond zat.
Maar na 27 heerlijke kilometers kwam Harrachov alweer in zicht. Even tanken en zo rond half vier waren de 300 km vandaag lekker snel onder de wielen gegaan.
Tanken is trouwens in Tsjechië om een beetje blij van te worden. €1,34 per liter! Dat scheelt toch maar liefst 0,50 bij ons in Nederland. In Polen kosten het 5,59 Slotty. Even omrekenen: ook €1,34 dus. Hm. Wie zouden er in Nederland toch beter worden van die gigantische prijzen.
Wat mij in Polen opviel is dat men er erg modern bij loopt. De dames en kinderen zien er allemaal erg goed gekleed uit, maar ook de mannen zaten allemaal goed in het pak.
In Tsjechië is dat net allemaal wat minder. Ook de infrastructuur lijkt allemaal net iets beter voor elkaar, de auto's zijn net even beter en de huizen zien er beter onderhouden uit. Misschien doordat Polen al wat langer tot Europa behoort en Tsjechië eigelijk nog maar net.
Wat me nog meer opviel is het aantal lesauto's. Polen krijgen dus wel degelijk autorijles al zijn ze dat, eenmaal in Nederland, blijkbaar alweer snel vergeten.
's Avonds nog weer even een Bismarck pizza genuttigd en geprobeerd de laatste kronen op te eten, maar dat lukte op 100 kronen na, net niet. Morgen maar een blikje fris van kopen.
Wim’s muziek bibliotheek is onuitputtelijk en het schrijven van deze regels ging op de maat van Paul Simon en vele andere. Heerlijk.

Zaterdag
weer op huis aan. De eerste 300 km lekker binnendoor over de betere doorgaande wegen. Wel door veel dorpjes gekomen natuurlijk, maar waarom zouden ze anders een weg hebben aangelegd als er geen dorpjes of steden waren om met elkaar te verbinden! Wat een wijsheid op de vroege zaterdagavond.
Bij het naar het ontbijt lopen begon het al te spetteren en toen we wegreden werd het zo donker dat ik de regenbroek maar heb aangetrokken. Niet nodig gehad natuurlijk! Zoals ik al zei, lekker binnendoor. In de buurt van Decin waren we in de buurt van de Duitse grens, maar daar bleven we keurig langs rijden. Een mooi gebied! Nog wel even met de billen geknepen toen ik achter een dame in een dikke Peugeot hing en er niet voorbij kon. Vlak voor een bocht, trapt ze vrij plotseling op de rem en stuurt iets te weinig naar rechts om ons er ongestoord langs te laten, want in die bocht zat natuurlijk een witte doorgetrokken streep. Ik werd dus feitelijk gedwongen die streep te overschrijden en reed zo een Politiewagen tegemoet. Blijkbaar waren die Nederlanders te moeilijk om achteraan te gaan, want we hebben ze gelukkig niet weergezien. Omdat ik dacht dat we dicht bij de Duitse grens waren, hebben we de tank maar volgegooid en de laatste 100 kronen opgemaakt aan koffie met een zoet broodje. En nog heb je dan geld over. Heb ik daar maar achter gelaten.
Als je bedenkt dat we Ieder 2000 kronen = €79,00 hebben gebruikt voor 5 dagen eten, drinken, en toegangen tot de attracties, dan is wel duidelijk dat dat niet al te duur is geweest. Neem daar dan bij dat we 5 nachten in de Golden Villa hebben geslapen voor €220 en dat de benzine daar dus maar €1,34 kost dan krijg je een grote glimlach om de mond. En dat terwijl de Tsjechen ook nog een zeer behulpzaam volkje zijn gebleken.
Maar kom ik daar nog eens om motor te rijden? Ik denk het niet. Of je moet de kleine wegen volledig mijden en dan weet je nog niet of je verzekerd bent van een goed wegdek. En dat is voor ons motorrijders toch wel de helft van het plezier.
Maar goed we waren dus onderweg. Er zat weer benzine in en we konden weer even verder. Uiteindelijk komen we dus in Duitsland en gaan daar naar verloop van tijd de A4 op. En ja, dan wordt het donker en zien we een bord dat het volgende benzinestation pas over 96 km zou komen, dus eerst hier maar even tanken. En toen begon het serieus te regenen en hebben we die bui maar even afgewacht. Omdat het niet echt droog werd de regenbroek maar weer aangetrokken die ik ergens in het Duitse park … had uitgedaan samen met de trui. Zo warm was geworden.
En zo hebben we de laatste 100km afgelegd. Een kalm gangetje van 115 km/u en zo naar Pension Tropferhof.
Ach wat een leuk stulpje. Een verbouwde boerderij of zo iets. De Duitse praatgrage waard, product van een Franse moeder en een Duitse vader, met vrienden in Zutphen en vroeger een vriendin gehad in Oost Groningen deed op ons aanbellen het bovenraam open en constateerde dat wij gereserveerd hadden. Hij deed open en nam ons mee over de binnenplaats naar onze kamer in een apart staand gebouw met een aantal kamers. Leuk hoor! De ontbijtzaal op twee meter van onze deur.
De motoren mochten we onder de overkapping zetten, maar dat hebben we maar niet gedaan omdat de draai daar, op de oude, ongelijk liggende kinderkopjes niet makkelijk zou zijn en de motoren eigenlijk nu ook wel prima stonden zo. Extra slot er op. Prima.
’s Avonds lekker schnitzel met gekookte aardappelen gegeten in het restaurantje.
Nog even gewandeld en ons verwonderd over het mooie landschap. Wat is een landschap toch fraai als er wat glooiing in zit!

Zondag
Lekker ontbeten met allerlei eigengemaakte confitures, een lekker warm broodje en allerlei aufschnit. Prima. Afrekenen, inpakken en wegwezen. Nog 560 km te gaan over alleen maar snelwegen.
Nog even twijfelde ik er aan op de regenkleding aan te trekken, maar vond het toch niet donker genoeg om deze vervelende kleding aan te trekken.
Maar al na een poosje moest ik er toch aan geloven. Het werd behoorlijk donker! Uit eindelijk viel er toch weer niet zo heel uit en had ik lang weer spijt van die klapperende Oranje jas. Dus tijdens een pauze maar weer uitgedaan.
En ja hoor! Na verloop van tijd werd het wederom redelijk zwart en kon ik de jas weer aan trekken.
Ook dit liep uiteindelijk wel weer met een sisser af. De buien bleven allemaal net echt uit de buurt, terwijl er om ons heen behoorlijk water is gevallen, zo bleek later.
Hebben we ook eens mazzel!
Zo tegen vier uur reden we Beekbergen binnen en namen we afscheid.
Een leuke week, met leuke afwisselende dingen en goed gezelschap.
Wim, bedankt dat ik weer in jouw gezelschap mocht zijn.

Jack Berendsen